Een culturele aardverschuiving vol woede én onschuld.
9
Zelfs nu, jaren nadat je voor het eerst de impact ervan absorbeerde, klinkt het refrein van 'Smells Like Teen Spirit' te gevaarlijk, te luid, te lelijk en te kwaad voor een mainstreampubliek. Toch zorgde het openingssalvo van Nevermind niet alleen voor een onwaarschijnlijke doorbraak voor het trio uit Seattle. Het zette ook de popcultuur op zijn kop zoals we niet eerder tevoren zagen. Punk werd pop, grunge werd wereldwijd geliefd, de muziekindustrie stond op zijn loop en leadzanger Kurt Cobain werd uitgeroepen tot de recalcitrante stem van een generatie die behoefte had aan een emotionele loutering. Het leek allemaal van de ene op de andere dag te gebeuren. Maar het is niet de woede die het tweede album speciaal maakt, maar de onschuld ervan. Hoe kwellend en bijtend het album ook klinkt, gaat dat nergens ten koste van de melodie, structuur of menselijkheid.
De oude garde was nog steeds springlevend: zowel 'The Black Album' van Metallica als het tweedelige album Use Your Illusion van Guns N' Roses werden uitgebracht in dezelfde weken als Nevermind. Hoewel het album net zo goed verkocht als deze albums en in 1992 zelfs even het album Dangerous van Michael Jackson verdrong als bestverkochte album in de Verenigde Staten, reikte de invloed van Nirvana veel verder dan commerciele aspecten en baande de band een weg voor generaties vooruitstrevende artiesten, van Radiohead tot Billie Eilish. Ze schilderden zichzelf niet af als rockgoden, maar als doodgewone (en zeer gevoelige) stervelingen.
Nirvana’s levensangst kwam niet alleen tot uiting in de songteksten, maar ook in de uitvoering daarvan. Cobains wijsheid en woede zouden weinig culturele impact hebben gehad zonder de melodieën van de nummers. Dat element maakte de wijsheid en woede juist zo verteerbaar.